Straat
Een “straat” is een openbare weg in een bebouwde kom die geheel of gedeeltelijk omgeven is met bebouwing en met toegangen tot activiteiten langs de weg. Een straat wordt gekenmerkt door het gedeeld gebruik van de ruimte door verschillende soorten weggebruikers.
Het is belangrijk op te merken dat niet alle wegen in een bebouwde kom als straten worden beschouwd. Wegen die gelegen zijn in een zone 30, een woonerf of erf worden echter wel als straten beschouwd.
Rijbaan
Een “rijbaan” is het deel van de openbare weg dat bestemd is voor het voertuigenverkeer, met uitzondering van de bermen en de fietspaden. Een rijbaan kan bestaan uit één of meerdere rijstroken, die in haar langsrichting verdeeld zijn door witte doorlopende of onderbroken strepen of andere markeringen.
Rijstrook
Een “rijstrook” is elk deel van een rijbaan dat in haar langsrichting verdeeld is door één of meer witte doorlopende of onderbroken strepen. Deze strepen kunnen beter zichtbaar gemaakt worden door retro-reflecterende middelen. Een rijstrook is bedoeld voor het verkeer van één voertuig.
Het aantal rijstroken op een rijbaan kan variëren, afhankelijk van het type weg en de verkeerssituatie. Rijstroken worden vaak gemarkeerd met witte strepen om de scheiding tussen de rijstroken aan te geven en het verkeer in goede banen te leiden.
Fietspad
Een fietspad is een specifiek deel van de openbare weg dat is gereserveerd voor het verkeer van fietsen en tweewielige bromfietsen klasse A. Het wordt aangeduid door verkeersborden D7, D9 of door overlangse markeringen. Een fietspad maakt geen deel uit van de rijbaan en wordt vaak afgebakend door twee evenwijdige witte onderbroken strepen. Het is bedoeld om een veilige en aparte ruimte te bieden voor fietsers, weg van het gemotoriseerde verkeer.
Voetpad
Een voetpad of trottoir is een specifiek deel van de openbare weg dat is ingericht voor het verkeer van voetgangers. Het is een verhard gedeelte van de weg dat vaak verhoogd is aangelegd ten opzichte van de rijbaan en dat duidelijk herkenbaar is gescheiden van andere delen van de openbare weg. Het wordt aangeduid door verkeersborden D9, D10 of D11, zoals beschreven in artikel 42.1 van de PDF. Het trottoir is bedoeld om een veilige en aparte ruimte te bieden voor voetgangers, weg van het gemotoriseerde verkeer.
Parkeerstrook
Een parkeerstrook is een specifiek deel van de openbare weg dat is aangewezen voor het parkeren van voertuigen. Het is een gemarkeerd gebied langs de rijbaan waar voertuigen kunnen worden geparkeerd. Witte markeringen kunnen worden gebruikt om de plaatsen in een parkeerstrook af te bakenen. Het begin en het einde van een parkeerstrook kunnen worden aangeduid door een witte doorlopende dwarsstreep.
Bermen
Middenberm
Een middenberm is doorgaans een strook land die zich in het midden van een weg bevindt en de rijbanen in tegengestelde richtingen van elkaar scheidt. Het kan een verhoogde of niet-verhoogde strook zijn, vaak beplant met gras, bomen of andere vegetatie.
Gelijkgrondse berm
Een gelijkgrondse berm is een ruimte naast de rijbaan die zich op hetzelfde hoogteniveau bevindt als de rijbaan zelf. Het is een onverhard gedeelte van de weg dat zich onderscheidt van het trottoir en het fietspad. Een gelijkgrondse berm kan worden begrensd door een sloot, een talud of de grenzen van eigendommen. Het wordt beschouwd als een deel van de openbare weg dat gevolgd mag worden door weggebruikers.
Verhoogde berm
Een verhoogde berm is een ruimte naast de rijbaan die hoger ligt dan het niveau van de rijbaan. Het is een onverhard gedeelte van de weg dat zich onderscheidt van het trottoir en het fietspad en dat zich bevindt tussen de rijbaan en een sloot, een talud of de grenzen van eigendommen. In tegenstelling tot een gelijkgrondse berm, ligt een verhoogde berm hoger dan het niveau van de rijbaan.