Als bestuurder moet je zo dicht mogelijk bij de rechter rand van de rijbaan blijven, behalve in de volgende situaties:
- Om een hindernis op de rijbaan te vermijden
- Om een andere weggebruiker in te halen
- Om de aanwijzingen van verkeersborden op te volgen
- Om links af te slaan
- Om een tram of een autobus die stilstaat aan een halte te omzeilen
- Om een fietser in te halen die links afslaat of linksaf wil slaan
- Om een stilstaande of geparkeerde wagen of een voertuig dat zich in moeilijkheden bevindt, te omzeilen.